Het rekenonderwijs op onze school is verdeeld in een drietal fasen:
1. Voorbereiden (w.o. taal-denken):
Begrippen als middelste, even vol, hoog, laag, namen en afbeeldingen van enkele geometrische figuren enz.
2. Aanvankelijk reken- / wiskundeonderwijs:
Rekensymbolen, cijfersymbolen en optellen en aftrekken tot 20, enz.
3. Voortgezet reken- / wiskundeonderwijs:
Alle cijfers en rekenbewerkingen zoals vermenigvuldigen, delen, breuken, procenten, metriek stelsel, geld rekenen enz.
Er wordt bijvoorbeeld gewerkt aan het verwerven van kennis, inzicht en vaardigheden, waarbij de nadruk ligt op het handelen van leerlingen en experimenterend en ontdekkend bezig zijn. Het reken- en wiskundeonderwijs moet zoveel mogelijk aansluiten op het dagelijkse leven. Hierbij is terugzien op eigen handelen van belang. Voor het reken- wiskundeonderwijs maken we gebruik van de methode Pluspunt.